publicatie ‘space in four parts’
BNA BLAD #02/12, sovaldi pag.19
tekst door Kirsten Hannema
De klassieke concertganger vergrijst; jongeren, opgegroeid met ipods en youtube, komen niet meer naar concertgebouwen waar je stijfjes moet zitten en luisteren. Kim Verhoeven ontwierp een nieuw soort podium dat het publiek weer bij de klassiek muziek moet betrekken.
Kim Verhoeven wil het gesloten karakter van de klassieke concertzaal doorbreken. Want wil de klassieke muziek haar bestaansrecht niet verliezen – het publiek vergrijst immers in hoog tempo – dan moet er iets veranderen. “De strikte etiquette die nu verbonden is met de klassieke muziek zou plaats moeten maken voor een benadering die past bij de moderne technologieën” vertelt de jonge architect. “Tegenwoordig kun je ten slotte op elk gewenst moment, op elke plaats muziek luisteren met je mobiele telefoon of ipod.”
Maar wat kan architectuur aan deze situatie veranderen? Allereerst wil Verhoeven de klassieke muziek loskoppelen van het institutionele karakter. Ten tweede wil ze de relatie tussen publiek en musici dynamischer maken dan die nu is. En tot slot zou de concertzaal meer ruimtelijke variatie moeten bieden.
De oplossing, Space in four parts, is een concertgebouw dat letterlijk in vieren is geknipt, om de klassieke muziek te ‘bevrijden’ en naar buiten te brengen. De vier prefab elementen zijn gemaakt van dragende, translucente kunststof cassettes die het geluid goed reflecteren, voor een optimale akoestiek. Elk deel is even groot en omvat een stuk podium, een opgang en een gedeelte voor publiek.
Als een puzzel zijn de vier bouwdelen, met twee vrachtauto’s verplaatsbaar, op allerlei manieren aan elkaar te koppelen. Afhankelijk van de locatie, het seizoen, het programma en het tijdstip van het concert – dag of nacht – kan een passende configuratie gemaakt worden. Een intieme opstelling rond een enkele solist of een meer dramatische compositie voor een groot orkest; een zaal rond een patio of een geheel open paviljoen; een helder witte structuur of een gebouw dat als een lantaarn oplicht in het donker – alles is mogelijk.
“Dat was meteen ook het moeilijkst van dit afstudeerproject: het ontwerpen met variabelen”, vertelt Verhoeven. “Normaal werk je toch met bepaalde gegevens zoals een vaste routing. Voor mij was het steeds de vraag waar je de vrijheid laat en wat je vastlegt.”
No comments